Blog van Jeff Wadt: ‘Rus-tig’
Met mijn bijna vijf jaar paste ik in licht gebogen houding nog goed onder de eettafel. Daar bleef ik heel rustig zitten zodat ik niet opgemerkt zou worden. Ik luisterde naar het gesprek van mijn vader met de bezoeker, de veekoopman. Mijn moeder aan het hoofd van de tafel mengde zich niet echt in het gesprek. Ze schonk koffie en ze schilde aardappels. De veekoopman wilde weten of mijn vader nog dieren, meestal koeien, wilde verkopen. Dan werd er altijd hard en met veel handgeklap onderhandeld, altijd vóór die koffie, koffie met een luxe koek.
Het gesprek ging over de Russen, de Russen die we binnenkort in onze keukens zouden treffen. “Ja”, zei de koopman, “het is geen kleinigheidje wat ons allemaal te wachten staat. Het is een hard volk en het zal zeker niet lang meer duren voor ze er zijn. Ik heb een neef die officier in het leger is. De vraag is, zegt hij, niet of ze komen maar wanneer. Mijn neef zei dat het in elk geval binnen tien jaar een feit is. En omdat hij beroepsmilitair is kan hij het heel goed weten”.
Ik werd wat onrustig van wat ik hoorde. Gelukkig zat ik veilig, zo onder de tafel. Mijn vader reageerde: als het nog maar minstens een jaar of 5 duurt dan word ik niet opgeroepen om mee te vechten, want dan ben ik te oud. Dat valt dan misschien nog mee, verwachtte ik, mijn vader zou waarschijnlijk niet naar het front hoeven en dat was toch een hele opluchting. Want hoewel ik niet heel goed begreep wat er daar gebeurde wist ik dat mensen er zeer gehavend vandaan konden komen. Met veel pijn. Of zelfs dood konden gaan, wat dat dan ook precies wezen mocht. Al was ook dat in ons geval wel relatief, zo was me geleerd, we waren gelovig en zouden na dit leven naar de hemel gaan. Maar hoe dan ook, ik wilde niet dat mijn vader iets zou overkomen en die kans leek nu klein.
Mijn vader ondernam wél actie en plaatste een bord in de tuin met daarop de tekst: ‘ Liever een raket in de tuin dan een Rus in de keuken.’ Dat heeft blijkbaar geholpen, want nu, ruim veertig jaar later, zijn de Russen nog steeds niet gekomen.
Jeff Wadt, schrijver en cliënt bij Riwis Zorg & Welzijn
(Wadt staat voor Werken Aan De Toekomst)