Stigma angst
Ik zit op het terrasje voor mijn stamkroeg. Ik ben niet de enige en op de straat lopen veel mensen voorbij. Het is koopavond, zodoende. Soms stopt er iemand, je maakt er een praatje mee, soms groet je iemand die je toevallig kent. Maar soms komt er iemand langs die je niet wilt groeten alhoewel je hem goed kent.
Het laatste was gisteren het geval. Er kwam iemand langs, laten we hem dhr. Q noemen. Hij loopt wat stijf en krom, spreekt soms zomaar mensen uit het niets aan. Op zijn kleren zitten soms vlekken. In een winkel of andere gelegenheid betaalt hij contant. Dat moet op zijn speciale manier en dat duurt dan snel 10 minuten, vaak tot ergernis van een groep wachtenden. De mensen weten het inmiddels, dhr. Q is een psychiatrie klant, hij woont binnen een inrichting. En daar ken ik hem van, ik heb een hele tijd met hem op dezelfde therapie gezeten. Maar als ik hem nu groet wil hij misschien wel met me praten, met het risico op een raar en warrig verhaal.
Ik schaam me en ben bang dat ik dan voorgoed niet meer voor vol aangezien zal worden in deze kroeg. Ik groet hem niet en hoop dat hij me niet ziet.
Soms speelt het schijnbaar omgekeerde. Op een vaste plek ontmoet ik regelmatig een zwerver die staat te bedelen. Ik geef hem een heel klein bedrag en ik maak vaak een praatje met hem. Het zal je verrassen hoe leuk de gesprekjes kunnen zijn. Wat de zwerver te zeggen heeft. Veel zwervers hebben een verrassend levensverhaal, je komt tot de conclusie: zo had ik met zijn verleden er ook aan toe kunnen zijn. Ik kies er dan ook voor om in alle openheid een zwerver aandacht te geven. Het is gewoon aardig om te doen maar het is van mijn kant ook een protest naar diegenen die zich voor een zwerver schamen, erop neer kijken. Ze mijden, niets met die losers van doen willen hebben. Maar luister ook eens naar de verhalen, schaam je daarvoor niet, dat is leerzaam.
Toch ben ik blij dat mensen op het moment dat ze het zien gebeuren niet zullen denken dat ik ook zwerver ben.